Nieuws
Van wetenschapsverhaal naar bestseller - Workshopverslag
Op vrijdag 27 oktober 2023 kwamen twintig VWN'ers bijeen voor de workshop 'Van wetenschapsverhaal naar bestseller' gegeven door Dennis Rijnvis. Introducee Maike Abbink schreef een verslag.
Door een regenachtig Utrecht probeerde ik het blauwe Google-Mapslijntje op mijn telefoon te volgen. Gelukkig leidde het me voor het grootste deel door het warme, droge winkelcentrum. Toen ik aan het eind van het blauwe lijntje gekomen was, keek ik op van mijn telefoon. Ik stond in een drukke winkelstraat voor een restaurant vol lachende en druk pratende mensen. Was het echt híér? Nadat ik een paar minuten vertwijfeld voor de deur had gestaan, gingen er twee net geklede mensen naar binnen die allebei een werktas droegen. Dit was mijn kans. Ik glipte achter hen aan naar binnen en volgde hen via een klein halletje twee smalle, steile trappen op. Yes, gevonden.
Een dergelijke beschrijving van iets alledaags was een van de vele tips die Dennis Rijnvis gaf tijdens de workshop 'Van wetenschapsverhaal naar bestseller'. In deze workshop lichtte Dennis strategieën toe van verschillende fictieschrijvers en liet ons er zelf mee experimenteren in kleine opdrachtjes. We leerden onder andere hoe je inspiratie kunt opdoen, hoe je de kunst kunt afkijken bij anderen en hoe je zelf laagdrempelig kunt beginnen aan je eigen fictieverhaal.
Inspiratie opdoen
Als eerst gingen we aan de slag met de Bradbury-methode. In vijf minuten moesten we 10-15 woorden die in ons opkwamen opschrijven. De enige restrictie was: ze moeten zo weinig mogelijk met elkaar te maken hebben. Dit is een effectieve bron van inspiratie, ook al gebruik je maar één van de vijftien woorden in je verhaal. Grappig was dat de deelnemers hiervoor heel verschillende tactieken hadden. Waar de één de bingotechniek toepaste (alsof je in je hoofd een balletje grabbelt en je inbeeldt welk woord erop staat), had de ander een beeld in haar hoofd waar ze een woord bij bedacht, of zelfs een hele scène.
Van wetenschap naar fictie
Daarna mochten we op zoek naar wetenschapsnieuws en daarop vrij door fantaseren. Wat als een genetisch gemodificeerde muis ontsnapt? En is de mensheid nog te redden, als iedereen onvruchtbaar is geworden door een bepaald bestrijdingsmiddel? Niet alles hoeft te kloppen. Voor lezers is het al voldoende als er een kleine basis van wetenschap achter een fictieverhaal zit.
Een goed begin
De volgende methode die Dennis behandelde was die van Raymond Carver. Volgens Carver is het interessant om met een beschrijving van iets alledaags te beginnen, ook al klinkt dat misschien doodnormaal en saai. 'Maar zoals jíj́ iets doet, kan juist uniek zijn of misschien wel herkenbaar voor de lezer', aldus Dennis. Hierbij is het van belang om alles wat de hoofdpersoon ziet of meemaakt, zo gedetailleerd mogelijk te beschrijven. Uiteraard mochten we dit proberen met een alledaagse gebeurtenis uit ons eigen leven. Het was erg interessant om te horen hoe deze korte, heel alledaagse dingen al echt klonken als het begin van een verhaal. Eigenlijk ook niet gek: een plot begint vaak met een alledaagse gebeurtenis, tot een andere gebeurtenis een einde maakt aan het gewone leven.
Hoofdstuk 1
Aan ons de schone taak om een vervolg te schrijven op ons alledaagse stukje. Hierbij was het de bedoeling om in de volgende paar zinnen een kleine hint te geven in de richting van het fictieverhaal waar je heen wilt. En zo lagen er plots twintig eerste hoofdstukjes voor fictiebestsellers op tafel.
Tot slot leerden we dat je je plot in één zin moet kunnen vertellen voordat je echt begint met schrijven. En we kregen een belangrijke boodschap mee: laat je vooral niet tegenhouden door de gedachte 'dit heeft iemand al eens gedaan'. Dat kan namelijk niet, want jij doet het op jouw manier en dat maakt het vanzelf uniek. In de gezellige afsluitende borrel konden we dit nog eens rustig overdenken.